Als uw onderneming de arbeidsovereenkomst van een werknemer wil opzeggen, is het belangrijk dat u weet of dat eigenlijk wel mag. In welke situaties geldt een opzegverbod? En wat betekent dat nu precies voor het ontslag?

Opzegverboden
In de wet staan een aantal situaties waarin uw onderneming de arbeidsovereenkomst van een werknemer niet mag opzeggen. Het gaat daarbij dus om een opzegverbod tijdens een bepaalde periode. Ook zijn er omstandigheden die geen reden mogen zijn voor ontslag. Dat zijn opzegverboden wegens een bepaalde reden.

Ontbinding
Opzegverboden spelen geen rol als een contract op een andere manier dan door opzegging wordt beëindigd. Ontslag op staande voet of ontbinding door de kantonrechter blijft dus mogelijk. Wel kan het zijn dat de rechter terughouden is bij ontbinden van een overeenkomst als er een opzegverbod geldt.

Ziekte
Een opzegverbod waar veel werkgevers in de praktijk mee te maken krijgen, is het opzegverbod bij ziekte. Als een werknemer ziek wordt, bent u namelijk verplicht hem gedurende twee jaar (een deel van) zijn loon door te betalen. Pas na twee jaar arbeidsongeschiktheid krijgt u een ontslagvergunning. Alleen onder specifieke omstandigheden krijgt uw onderneming van UWV eerder een vergunning. Daar is bijvoorbeeld sprake van als u de ontslagaanvraag al deed voordat de werknemer ziek werd of als de werknemer weigert passende arbeid te verrichten.

Zwangerschap
U mag het contract van een werkneemster die zwanger is, ook niet opzeggen. Dit opzegverbod geldt niet alleen tijdens de zwangerschap, maar ook tijdens het bevallingsverlof.

Veranderingen per 1 juli 2015
Per 1 juli 2015 verandert de rol van de opzegverboden bij ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen. Als een arbeidsplaats hierdoor komt te vervallen, blijven alle opzegverboden tijden het eerste half jaar dat werknemers een functie uitvoeren van kracht. Na dat half jaar gelden ze niet meer allemaal. Na deze periode gelden alleen de volgende opzegverboden nog.

  • Tijdens de eerste twee jaar van ziekte;
  • Tijdens de zwangerschap;
  • Tijdens het zwangerschaps- en bevallingsverlof;
  • Tijdens militaire of vervangende dienstplicht.

Opzegverboden op een rijtje

  • Als de werknemer een deskundige is volgens de Arbowet;
  • Omdat de onderneming wordt overgenomen;
  • Omdat de werknemer niet op zondag wil werken;
  • Omdat de werknemer meer of minder wil werken (Wet aanpassing arbeidsduur);
  • Op grond van één van de discriminatieverboden zoals nationaliteit, geslacht, geloof of leeftijd;
  • Omdat de werknemer ouderschaps- of zorgverlof wilt opnemen;
  • Tijdens de eerste twee ziektejaren van de werknemer;
  • Bij militaire dienst (buitenlandse werknemer);
  • Tijdens zwangerschapsverlof en de 6 weken na de bevalling;
  • Omdat de werknemer lid is van een vakbond, OR of PVT;
  • Omdat de werknemer lid is van een politiek orgaan.

Bron: www.rendement.nl